• Zich inloggen
Waarschuwingen
Waarschuwingen

De voorjaarsstormen van 1990

Tussen 25 januari en 1 maart 1990 trokken een aantal zeer zware stormen over ons land. Sommige van deze stormen behoren tot de zwaarste van de afgelopen 50 jaar.
Hieronder een terugblik op deze bijzondere periode.  

Desolaat landschap in Lotharingen, niet ver van de Belgische grens, begin maart 1990. 
Na de januari- en februaristormen in 1990 was 25 % van de bebossing in ons land beschadigd

De eerste storm, eveneens de krachtigste, diende zich aan op 25 januari, met windstoten tot 148 km/u in Middelkerke, 145 km/u à Oostende (pier), 168 km/u (!) in Bevekom en 152 km/u in Saint-Hubert. Vóór de passage van het koufront was het die dag bijzonder zacht, met een sterke wind uit het zuiden tot zuidwesten. In Laag- en Midden-België werd het op de meeste plaatsen 13 °C à 14 °C, tot zelfs 14,6 °C in Geraardsbergen en 14,4 °C in Asse, dicht bij Brussel. In Ukkel werd 13,6 °C gemeten. De depressie (secundaire depressie) die de storm veroorzaakte was zeer indrukwekkend. De kerndruk voor de kust van Ierland bedroeg om 0h00Z ongeveer 980 hPa, de depressie diepte zich vervolgens verder uit tot ongeveer 950 hPa over het noorden van Engeland om 12h00Z, en de druk daalde nog verder tegen 0h00Z de volgende nacht, toen de depressie zich over de Noordzee bevond.
De tweede storm deed zich slechts 3 dagen later voor, op 28 januari, met windstoten tot 111 km/u in Middelkerke, 98 km/u in Zaventem en 100 km/u in Bevekom. Wat de temperaturen betreft, was er niets bijzonder te melden, het was zacht maar niet extreem zacht, met waarden tot 9 °C à 10 °C in Laag- en Midden-België. De 'schuldige' was opnieuw een secundaire depressie, die ongeveer hetzelfde traject volgde dan deze van 3 dagen eerder, maar die wel minder uitdiepte.
De derde storm deed ons land aan op 3 februari, met maximale windstoten tot 93 km/u in Middelkerke, 106 km/u in Zaventem, 107 km/u in Bevekom, 122 km/u in Bièrset en 131 km/u in Saint-Hubert. Deze storm woedde voornamelijk bij de passage van het koufront, met een wind uit het westnoordwesten. Vóór de passage van het front was het bijzonder mild voor de tijd van het jaar, met maxima tot boven 13 °C op vele plaatsen (13,9 °C in Hastière, 14 °C in Luik-Monsin). De belangrijke luchtdrukgradiënt tussen depressies op de Oceaan en hoge druk over het zuidoosten van Europa, veroorzaakte deze sterke wind. Bovendien bevond zich een kleine maar venijnige depressie over het Kanaal (door de Nederlanders 'Kanaalrat' genoemd).
De vierde storm trekt over in de nacht van 7 op 8 februari, met windstoten tot 113 km/u in Middelkerke, 106 km/u in Zaventem en 102 km/u in Bevekom. Ditmaal waaide het ook stevig in de warme sector van een storing, met over het algemeen een sterke gradiënt tussen depressies over het noorden van de Oceaan en hoge druk over het zuiden van Europa. De temperaturen in de nacht van 7 op 8 februari waren bijzonder hoog, met 15 °C in Ukkel, 15,7 °C in Sint-Katelijne-Waver, 14,8 °C in Knokke-Zwin en 15,4 °C in Wasmuel. Overal in Laag- en Midden-België lagen de temperaturen die nacht boven 14 °C en vaak zelfs boven 15 °C (zeer hoog in de nachtelijke uren). 
Vermeldenswaardig is ook nog dat tussen de 2 laatstgenoemde stormen, ons land zich onder de invloed van een anticyclonaal weerregime bevond met zonnig weer en subtropische luchtstromingen wat op 5 en 6 februari resulteerde in temperaturen tot 13 °C of 14 °C op verschillende plaatsen, vooraleer tropische martieme lucht samenhangend met de storm de temperaturen nog hoger deed oplopen.   

 

Trajecten van de belangrijkste stormen in de tweede helft van de 20ste eeuw: bemerk (in het blauw) de trajecten van de 4 belangrijkste stormen van de winter 1990.

Op 11, 12 en 14 februari (6e, 7e en 8e storm), trokken minder hevige stormen doorheen ons land, met nochtans steeds rukwinden tot lokaal boven 100 km/u. Een moederdepressie gesitueerd tussen Ijsland en Schotland (maar toch dichter bij Ijsland) deed regelmatig secundaire depressies ontstaan die ten noorden van ons land voorbijtrokken.
Nadien kwam de atmosfeer geleidelijk aan (en tijdelijk) tot rust met, van 20 tot 24 februari, een zeer uitzonderlijk zachte periode onder hogedrukomstandigheden. Op de 20e bereikte het maximum 18,3 °C in Ukkel, 18,7 °C in Wasmuel en 19 °C in Luik-Monsin. Op de 24e noteerde men in Luik-Monsin en in Bièrset (Luik) de eerste +20 °C van het seizoen (respectievelijk 20,4 °C en 20 °C), nooit eerder was het zo vroeg in het jaar zo warm in ons land. In Ukkel werd het op die dag 18,3 °C en in Elsenborn 17,0 °C.
De 9e storm, opnieuw een erg venijnige, bereikte ons op de 26e en luidde een periode van 4 opeenvolgende dagen met stormachtig weer in. De rukwinden bereikten 137 km/u in Middelkerke, 140 km/u in Koksijde en Zaventem en 117 km/u in Bevekom. In Bièrset werd zelfs een windstoot tot 159 km/u gemeten. We kregen opnieuw te maken met een diepe secundaire depressie, die uitdiepte over de Noordzee met een kerndruk lager dan 950 hPa. Deze depressie verplaatste zich vervolgens naar Noorwegen en nadien naar Zweden terwijl een nieuwe diepe depressie in de nacht van 26 op 27 februari opdook tussen Ijsland en Noorwegen.  
 

De synoptische situatie wijzigde praktisch niet tijdens de ganse periode, typisch voor een sterke NAO+ 
(NAO+: positieve Noord-Atlantische-Oscillatie-index): de straalstroom volgde een rechtlijnig traject en
'stuurde' op een zeer efficiënte wijze depressies naar onze streken

De dag nadien bleef het stormweer aanhouden, met rukwinden tot 117 km/u in Middelkerke, 96 km/u in Zaventem en 109 km/u in Bevekom. De temperaturen daalden tijdelijk wat, met waarden van 7 °C à 8 °C in Laag- en Midden-België, om de dag nadien opnieuw de hoogte in te gaan.
Tijdens de nacht van 28 februari op 1 maart ging de wind opnieuw flink te keer , met windstoten tot 151 km/u in Bièrset, 144 km/u in Chièvres, 133 km/u in Saint-Hubert, 130 km/u in Zaventem en 126 km/u in Middelkerke. Een zeer sterke gradiënt ontwikkelde zich tussen de relatief hoge druk over Frankrijk en een reusachtig barometrisch laag over de Noordzee, verbonden aan een diepe depressie ten noorden van Skandinavië. Voor de periode tussen 26 februari en 1 maart is het moeilijk om het exact aantal stormen te bepalen omdat de wind praktisch continu flink doorstond. Zeer interessant is ook de vaststelling dat de gemiddelde windsnelheid in Middelkerke over deze 4 dagen bijna 60 km/u bedroeg (wat een zeer hoog gemiddelde is over een periode van 4 opeenvolgende dagen). Door wrijving lag de gemiddelde windsnelheid in het binnenland lager, maar de rukwinden waren dikwijls krachtiger omdat de wrijving ook voor verraderlijke turbulenties zorgde.
Begin maart kregen we te maken met een instroom van polaire lucht die een einde maakte aan de 'stormperiode', met winterse neerslag en zelfs sneeuw op de bodem in Ukkel in de nacht van 1 op 2 maart. Maar de koudeprik was van korte duur want de maand maart 1990 werd uitzonderlijk warm (na de reeds uitzonderlijk warme februari met een gemiddelde temperatuur van 7,9 °C).
 

Een bijzonder woord van dank aan Robert Vilmos voor de boeiende tekst en het voorbereidend werk aan dit artikel.

560 bezoekers online

Wie zijn wij ?

In het kielzog van MeteoBelgique zag MeteoBelgië een paar jaar later in 2006 het levenslicht. MeteoBelgië heeft kunnen profiteren van het groeiproces en de vermaardheid van zijn grote broer om aan de Nederlandstalige gemeenschap van ons land een betrouwbare website voor te stellen op het gebied van weersvoorspellingen, klimaatanalyses en realtime waarnemingen.

Volg ons

FacebookTwitter